Kandidaten voor vervanging F-16

Voor het laatst bijgewerkt op 4 april 2013 | Dossier: Het project | Vrede & veiligheid |

Printen Mailen

Welk vliegtuig heeft de Koninklijke Luchtmacht nodig? Defensie liet twee keer een kandidatenvergelijking uitvoeren. De kandidaten waren:

  • Dassault Rafale
  • Eurofighter Typhoon
  • Saab Gripen
  • Lockheed Martin F-16 (advanced)
  • Lockheed Martin F-35

Twee keer is door een onafhankelijk instituut gekeken naar de beste opvolger van de F-16. De onafhankelijkheid van het laatste onderzoek, uit 2008, is bevestigd door RAND Europe.

Twee onderzoeken, onafhankelijk van elkaar, leidden beide keren tot hetzelfde antwoord: De F-35 is het beste toestel voor de Nederlandse luchtmacht. Beide keren stak het vliegtuig met kop en schouders boven de rest uit, zowel in prijs als in gevechtskracht. Dit komt omdat de F-35 het enige 5e generatie gevechtsvliegtuig is dat nu wordt ontwikkeld.

Kandidaten-voor-vervanging-F-16

Op basis van deze resultaten werd in 2002 besloten deel te nemen aan de System Development en Demonstration (SDD) fase van de F-35. Een definitieve keuze voor de F-35 werd destijds echter niet gemaakt.

Sinds de evaluatie in 2001 volgt het NLR in opdracht van Defensie regelmatig de ontwikkelingen van de afgevallen kandidaten op basis van open bronnen.

In het coalitieakkoord van de Regering Balkenende (2007) is indertijd vastgelegd dat de kandidaten uit 2001 in 2008 nogmaals moesten worden vergeleken. Hoewel de F-18 E/F en de Saab Gripen bij de kandidatenevaluatie in 2001 waren afgevallen, is tijdens het Algemeen Overleg van 27 mei 2008 verzocht de toestellen weer op te nemen in de kandidatenlijst.

De fabrikanten van deze kandidaten kregen in mei 2008 een vragenlijst met het verzoek de laatste stand van zaken voor de desbetreffende toestellen in kaart te brengen. De vragenlijst was toegespitst op de onderdelen prijs, kwaliteit en levertijd, zoals verwoord in het Regeerakkoord van toen.

Dassault (Rafale) en EADS (Eurofighter) besloten geen medewerking te verlenen aan de vereiste kandidatenvergelijking en trokken zich terug uit de competitie. Eind juli 2008 waren daardoor de F-35, de Saab Gripen NG en de Advanced F-16 overgebleven als potentiële kandidaten voor de opvolging van de Nederlandse F-16.

Op 18 december 2008 werden de resultaten van de tweede kandidatenvergelijking aangeboden aan de Tweede Kamer. De drie kandidaten (Advanced F-16, Saab Gripen NG en F-35) waren vergeleken op de punten prijs, kwaliteit en levertijd.

De F-35 scoorde het beste in deze kandidatenvergelijking. Samenvattend werd gesteld: “De F-35 is het beste multi-role gevechtsvliegtuig, en kan rond 2015 alle 6 hoofdmissies zonder meer succesvol uitvoeren. Ook is bij de F-35 de operationele beschikbaarheid het grootst. Daarnaast zijn de investeringskosten voor de F-35 en de totale levensduurkosten naar verwachting het laagst.”

De kern van de vergelijking op kwaliteit in de kandidatenevaluatie van 2008 bestond uit toetsing van het operatieconcept voor 6 generieke multirole hoofdmissies.

1. Offensive Counter Air/Sweep

Dit is het bevechten van luchtoverwicht door vijandelijke vliegbases aan te vallen en boven het grondgebied van de tegenstander vijandelijke vliegtuigen aan te vallen. Dit type operatie wordt voornamelijk in de beginfases van een conflict uitgevoerd. Een dergelijke initial entry operatie was bijvoorbeeld aan de orde bij luchtoperaties op de Balkan in 1999. In 2008 was dit operatietype, uitgevoerd door de Russische luchtmacht, aan de orde bij het conflict in Georgië.

2. Defensive Counter Air/Cruise Missile Defence

Dit omvat het bevechten van luchtoverwicht door vijandelijke inkomende vliegtuigen aan te vallen (luchtverdediging), evenals de verdediging tegen inkomende kruisraketten. Het waarborgen van de soevereiniteit van het nationale luchtruim en de bescherming van het operatiegebied vallen hier ook onder.

3. Suppression/Destruction of Enemy Air Defences (SEAD/DEAD)

SEAD/DEAD gaat om het onderdrukken/vernietigen van vijandelijke luchtafweersystemen en bijbehorende commando- en vuurleidingssystemen, onder andere radars, op de grond. De komende jaren zal de dreiging blijven toenemen door de proliferatie van geavanceerde luchtafweersystemen in combinatie met een fors toegenomen bereik.

SEAD/DEAD werd enige jaren geleden uitsluitend geassocieerd met initial entry operaties, waarbij eerst de vijandelijke luchtverdediging moest worden uitgeschakeld. Gaandeweg is duidelijk geworden dat dit operatietype in elke fase van een conflict denkbaar is, omdat hoogmobiele luchtafweersystemen en radars gemakkelijker verborgen kunnen blijven en dus minder kwetsbaar zijn in de beginfase van een conflict. SEAD/DEAD is een erkend capaciteitstekort in zowel NAVO- als EU-verband.

4. Air Interdiction

Dit is het aangrijpen van vijandelijke logistieke toevoerlijnen en communicatielijnen diep in vijandelijk gebied. Dit zijn langeafstandsmissies, dus een groot bereik en een goede zelfbescherming zijn essentieel.

5. Close Air Support

Dit is het verlenen van directe steun aan grondtroepen die in contact zijn met vijandelijke eenheden. Dit is de kern van de dagelijkse inzet van gevechtsvliegtuigen in Afghanistan. Naast uitgebreide mogelijkheden voor het meenemen van meerdere wapentypen en de effectieve inzet daarvan is grote precisie bij het uitschakelen van doelen cruciaal, ook om nevenschade te voorkomen. Effectieve inzet betekent ook dat wapens zowel overdag als ‘s nachts en onder alle weersomstandigheden moeten kunnen worden gebruikt. Er is een groot tekort in zowel NAVO- als EU-verband aan capaciteiten voor de inzet van precisiewapens.

6. Non-Traditional Intelligence, Surveillance, Reconnaissance (NTISR)

Dit omvat het vanuit de lucht verzamelen van inlichtingen, het vanuit de lucht bewaken van een gebied en het uitvoeren van verkenningsmissies door optimaal gebruik te maken van het sensorpakket van het vliegtuig. Ook het delen van informatie en inlichtingen met eigen troepen op de grond (Network Enabled Capabilities) hoort daarbij.

Er is een aanzienlijk tekort aan dergelijke capaciteiten in NAVO- en EU-verband. Non-Traditional refereert aan een situatie waarbij gedurende normale missies voortdurend informatie over het operatiegebied wordt ververst, waarna deze direct ter beschikking kan worden gesteld aan eigen grond- en luchteenheden. Daarvoor is nodig dat kan worden beschikt over een grote opslag- en verwerkingscapaciteit voor data aan boord van het vliegtuig.

 

 

Deel dit artikel:

Terug naar boven
Tweets by @nifarp

Dossiers