Bert Pauli: Maintenance van gigantisch belang voor Brabant

Geplaatst op 20 april 2013 | Dossier: Economie & werkgelegenheid | Het project |

Printen Mailen

Bron: www.bndestem.nl/

Maintenance, zeg maar hoogwaardig onderhoud, wordt in de komende jaren ontzettend belangrijk voor Brabant. Toch staat de sector niet zo heel erg hoog op de prioriteitenlijst van ‘Den Haag’. Maintenance maakt geen deel uit van het topsectorenbeleid van het kabinet. Dat moet veranderen, en liefst zo snel mogelijk, vindt Bert Pauli, Brabants gedeputeerde van onder andere economische zaken. Want maintenance is in Brabant de moeder van de nieuwe economie. “Bedrijven zijn bijzonder innovatief. Alles is hightech. Het totale bedrijfsleven kan daarvan profiteren, het geeft een nieuwe impuls aan onze economie.” Een interview.

Tekst: Ron Gregoor
Foto: Melchert Meijer zu Schlochtern

DEN BOSCH – De laatste maanden zelden iemand zo enthousiast horen praten over een onderwerp als Bert Pauli over het belang van maintenance. Natuurlijk, van een gedeputeerde kun je zoiets verwachten, maar Pauli legt er zijn hele ziel en zaligheid in. En wat hem betreft gaan de ogen in Den Haag eindelijk open: maintenance moet hoge prioriteit krijgen. In tijden van crisis moet je je kansen grijpen. En een levensgrote kans bieden alle projecten op het gebied van maintenance in Brabant.

Maintenance, letterlijk onderhoud, heeft een paar speerpunten in West- Brabant. In en rond de vliegbasis Woensdrecht is daar Aviolanda. Op deze campus in wording gebeurt alles op het gebied van het onderhoud van vliegtuigen. Gate 2, op en rond de vliegbasis Gilze en Rijen, is een campus voor onderhoud van helikopters. Is volop in ontwikkeling. En in Werkendam hebben ze plannen voor een campus voor het onderhoud van binnenvaartschepen. Een nieuwe sector dient zich aan.

“Het gaat eigenlijk best wel goed met de economie in Brabant”, zegt Pauli. Dat komt voor een groot deel door de hightech bedrijven. “Je ziet dat de oude economie, de maakindustrie, onder druk komt te staan. Dat heeft niets te maken met de crisis, maar is een structureel gegeven. Traditionele handel en dienstverlening staan onder druk, een groot deel van de maakindustrie is intussen vertrokken naar lage lonen landen, waar productiekosten laag zijn. Eerst Oost- Europa, later Azië en tegenwoordig zie ik al producten langskomen, gemaakt in Nigeria. Wij moeten het in Nederland, en vooral ook in Brabant, hebben van de kennisindustrie. Hightech. Maintenance biedt die kans. Aviolanda, Gate 2 en straks ook het onderhoud van schepen zijn uniek. Maar ze moeten wel goed van de grond komen, bedrijven moeten zich ervoor gaan interesseren. Die moeten bij elkaar op een soort campus zitten, zodat ze wat aan elkaar hebben. Daarvoor moeten wij vol aan de bak om acquisitie te doen. Dat mag niet mislukken, alle steun is hard nodig, vooral ook vanuit Den Haag.” Vanuit Brabant wordt er dan ook alles aan gedaan om maintenance te propageren.

Op de kaart

West- Brabant is goed op de kaart gezet door de maintenance projecten Gate 2 en Aviolanda. Projecten die te maken hebben met het onderhoud van vliegtuigen en helikopters. “De ontwikkeling in de luchtvaart gaat gigantisch snel. Al die technieken worden in eerste instantie gebruikt in de vliegtuigindustrie. Maar die kunnen ook gebruikt worden in heel veel andere sectoren. Een logisch gevolg is dat het onderhoud daarvan, in eerste instantie van vliegtuigen, maar later ook van al die andere toepassingen, van levensbelang is. Wij hebben als provincie nu alles in huis om daar iets moois van te maken, dat moeten we koesteren. Het is belangrijk zoveel mogelijk bedrijven te trekken die daar een rol in kunnen spelen. Dat geldt voor Aviolanda, maar natuurlijk ook voor Gate 2.”

De provincie kan in die ontwikkeling een belangrijke rol spelen. In de acquisitie bijvoorbeeld. “Dat doen wij natuurlijk niet alleen. Maar met zijn allen moeten we bedrijven zien te trekken uit de regio, maar ook van buiten ons land. Voor grote multinationals is het wat makkelijker nu in zo’n campus te stappen. Maar vooral voor MKB bedrijven is dat nu een grote stap nu het allemaal wat minder gaat. Toch is dit een perfecte tijd om in zo’n avontuur te stappen. Investeer in mindere tijden en oogst in hoogtijdagen.”

Kennisindustrie

De komende jaren moet Brabant oogsten in met name de kennisindustrie. “De tijd van de simpele maakindustrie is voor ons land voorbij. Wij moeten ons onderscheiden door producten en processen met toegevoegde waarde.” Als mooi voorbeeld noemt hij de plannen voor een maintenance campus voor binnenvaartschepen in Werkendam. Pauli: “Daar liggen veel mogelijkheden. Ze zijn daar heel enthousiast. Ik ben ook echt onder de indruk van de bedrijven die daar al gevestigd zijn en wat ze willen. Een campus, net zoiets als Aviolanda en Gate2, maar dan voor de scheepvaart. En dan met name de binnenvaart. Onderhoud dus van binnenvaartschepen. Het idee is er om samenwerking te zoeken met de innovatieve metaalindustrie in Heusden. Dat kan ontzettend veel opleveren. Hightech gebruiken bij het bouwen en onderhoud van schepen. Dan breng je een product met toegevoegde waarde op de markt, dan ben je goed op weg. Ik ben optimistisch over die ontwikkeling. Als dat slaagt en ze kunnen verbindingen maken met andere regio’s in Brabant, dan kan dat een geweldig succes worden. ”

Om de maintenance-projecten goed van de grond te krijgen en intact te houden, heb je mensen nodig. Goed geschoold technisch personeel. En dat is er niet. ” Het klinkt misschien gek in deze tijd, maar de komende jaren dreigt een ongelooflijk tekort aan mensen in de techniek, op alle niveaus. We moeten nog meer dan we al deden jonge mensen stimuleren te kiezen voor technische beroepen. Door bijvoorbeeld het imago te verbeteren. Proberen kinderen op jonge leeftijd al te interesseren voor een technisch beroep. Laten zien dat techniek al lang geen vuil werk meer is. Het ROC West- Brabant maakt daartoe een roadshow langs de basisscholen. Door dat soort acties bereik je de jeugd in een vroegtijdig stadium.”

West- Brabant kent twee ambitieuze maintenanceprojecten op het gebied van de luchtvaart. Aviolanda bij de vliegbasis Woensdrecht voor vliegtuigen en Gate 2 bij basis Gilze-Rijen voor het onderhoud van helikopters. Twee van dit soort projecten zo dicht bij elkaar, je zou verwachten dat de samenwerking tussen de beide campussen heel goed is. Maar dat valt tegen. “Dat kan beter”, geeft Pauli toe. “En dat zou eigenlijk wel moeten. Want het heeft geen zin bij elkaar vliegen af te vangen. Wil je van Maintenance Valley een succes maken dan heb je een overkoepelende strategie nodig. Wat de provincie daaraan kan doen? Wij kunnen helpen om via een stevige Europese strategie bedrijven naar de beide campussen te trekken. Zo zou je gebruik kunnen maken van Europese fondsen. Maar ook van interregionale fondsen. Daartoe moeten we een goede uitvoeringsagenda hebben. Wij, als provincie, kunnen wel sturen. Brabant is bijvoorbeeld mede- eigenaar van Aviolanda. We sturen dat Europees programma aan. We coördineren de acties om van maintenance een erkende topsector te maken. Belangrijk is ook een goede acquisitie strategie. Daarvoor hebben we de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM), die is daarin gespecialiseerd. Daar heb ik alle vertrouwen in.”

Eindeloze discussie

Veel van het welslagen van Maintenance Valley hangt af van de uitslag van de eindeloos durende discussie over de aanschaf van JSF vliegtuigen door de regering. Moet Nederland nu wel of niet uit het JSF- project stappen.

“Als dat gebeurt, is dat een ramp voor Nederland. Het lastige is dat de discussie gaat over de aanschaf van vliegtuigen. Wat kosten ze en is dat wel een verantwoorde uitgave in een tijd van wereldvrede. Er wordt niet stilgestaan bij de vraag: wat betekent dat nu voor de economische vooruitgang. Dankzij aerospace komen er zoveel innovatieve ontwikkelingen bovendrijven, die overal op van toepassing zijn. Dat geeft een geweldige impuls voor onze economie. De hele sector is zo grensverleggend dat je er niet aan moet denken dat die verdwijnt.” Overigens verwacht Pauli dat ons land gewoon de JSF aanschaft.

Pauli is heel stellig: Door in te zetten op maintenance, zoals dat nu gebeurt rond de campusvorming, krijg je de maakindustrie weer terug naar Brabant. Een maakindustrie met toegevoegde waarde, hoogwaardig en innovatief. “Dat biedt ongekende mogelijkheden. Kijk eens naar een bedrijf als VDL, koploper dankzij de moderne techniek.”

Is dat wel realiseerbaar in deze economisch zwakke tijden? “Je moet investeren in slechte tijden, zodat je in goede tijden kunt oogsten.”

 

Lees meer over:

Deel dit artikel:

Terug naar boven
Tweets by @nifarp

Dossiers